Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. injectie:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor injectie in het Nederlands

injectie:

injectie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de injectie
    de inspuiting; de injectie; de prik; het spuitje
    • inspuiting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • injectie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • prik [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • spuitje [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. de injectie
    – inspuiting van geneesmiddel met behulp van naald 1
    de spuit; de injectie
    – inspuiting van geneesmiddel met behulp van naald 1
    • spuit [de ~] zelfstandig naamwoord
      • de zuster gaf hem een spuitje tegen de pijn1
    • injectie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
      • ik haalde een injectie tegen de griep1

Verwante woorden van "injectie":

  • injecties

Alternatieve synoniemen voor "injectie":


Verwante definities voor "injectie":

  1. inspuiting van geneesmiddel met behulp van naald1
    • ik haalde een injectie tegen de griep1