Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. kleinkrijgen:
  2. klein krijgen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor klein krijgen in het Nederlands

kleinkrijgen:

kleinkrijgen werkwoord (krijg klein, krijgt klein, kreeg klein, kregen klein, klein gekregen)

  1. kleinkrijgen
    kleinkrijgen
    • kleinkrijgen werkwoord (krijg klein, krijgt klein, kreeg klein, kregen klein, klein gekregen)

Conjugations for kleinkrijgen:

o.t.t.
  1. krijg klein
  2. krijgt klein
  3. krijgt klein
  4. krijgen klein
  5. krijgen klein
  6. krijgen klein
o.v.t.
  1. kreeg klein
  2. kreeg klein
  3. kreeg klein
  4. kregen klein
  5. kregen klein
  6. kregen klein
v.t.t.
  1. heb klein gekregen
  2. hebt klein gekregen
  3. heeft klein gekregen
  4. hebben klein gekregen
  5. hebben klein gekregen
  6. hebben klein gekregen
v.v.t.
  1. had klein gekregen
  2. had klein gekregen
  3. had klein gekregen
  4. hadden klein gekregen
  5. hadden klein gekregen
  6. hadden klein gekregen
o.t.t.t.
  1. zal kleinkrijgen
  2. zult kleinkrijgen
  3. zal kleinkrijgen
  4. zullen kleinkrijgen
  5. zullen kleinkrijgen
  6. zullen kleinkrijgen
o.v.t.t.
  1. zou kleinkrijgen
  2. zou kleinkrijgen
  3. zou kleinkrijgen
  4. zouden kleinkrijgen
  5. zouden kleinkrijgen
  6. zouden kleinkrijgen
diversen
  1. krijg klein!
  2. krijgt klein!
  3. klein gekregen
  4. klein krijgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

klein krijgen:

klein krijgen werkwoord

  1. klein krijgen

Verwante synoniemen voor klein krijgen