Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor lanterfant in het Nederlands

lanterfant:

lanterfant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de lanterfant
    de lapzwans; de slampamper; de flierefluiter; de lanterfant; de leegloper; de lanterfanter

Verwante woorden van "lanterfant":


lanterfanten:

lanterfanten werkwoord (lanterfant, lanterfantte, lanterfantten, gelanterfant)

  1. lanterfanten
    luieren; lanterfanten; lummelen; niksen; rondhangen; nietsdoen
    • luieren werkwoord (luier, luiert, luierde, luierden, geluierd)
    • lanterfanten werkwoord (lanterfant, lanterfantte, lanterfantten, gelanterfant)
    • lummelen werkwoord (lummel, lummelt, lummelde, lummelden, gelummeld)
    • niksen werkwoord (niks, nikst, nikste, niksten, genikst)
    • rondhangen werkwoord (hang rond, hangt rond, hing rond, hingen rond, rondgehangen)
    • nietsdoen werkwoord (doe niets, doet niets, deed niets, deden niets, niets gedaan)

Conjugations for lanterfanten:

o.t.t.
  1. lanterfant
  2. lanterfant
  3. lanterfant
  4. lanterfanten
  5. lanterfanten
  6. lanterfanten
o.v.t.
  1. lanterfantte
  2. lanterfantte
  3. lanterfantte
  4. lanterfantten
  5. lanterfantten
  6. lanterfantten
v.t.t.
  1. heb gelanterfant
  2. hebt gelanterfant
  3. heeft gelanterfant
  4. hebben gelanterfant
  5. hebben gelanterfant
  6. hebben gelanterfant
v.v.t.
  1. had gelanterfant
  2. had gelanterfant
  3. had gelanterfant
  4. hadden gelanterfant
  5. hadden gelanterfant
  6. hadden gelanterfant
o.t.t.t.
  1. zal lanterfanten
  2. zult lanterfanten
  3. zal lanterfanten
  4. zullen lanterfanten
  5. zullen lanterfanten
  6. zullen lanterfanten
o.v.t.t.
  1. zou lanterfanten
  2. zou lanterfanten
  3. zou lanterfanten
  4. zouden lanterfanten
  5. zouden lanterfanten
  6. zouden lanterfanten
diversen
  1. lanterfant!
  2. lanterfant!
  3. gelanterfant
  4. lanterfantend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante woorden van "lanterfanten":