Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. nabijheid:
  2. nabij:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor nabijheid in het Nederlands

nabijheid:

nabijheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de nabijheid
    de nabijheid; de buurt
    • nabijheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • buurt [de ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "nabijheid":


nabij:

nabij bijvoeglijk naamwoord

  1. nabij
    dichtbij
    – op een kleine afstand 1
    • dichtbij bijvoeglijk naamwoord
      • de school is dichtbij voor ons1
    in de buurt; nabijgelegen; vlakbij; nabij

Verwante woorden van "nabij":