Overzicht


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor schaarsheid in het Nederlands

schaarsheid:

schaarsheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de schaarsheid
    de schaarste; het gebrek; de schaarsheid; het tekort; de krapte
    • schaarste [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • gebrek [het ~] zelfstandig naamwoord
    • schaarsheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • tekort [het ~] zelfstandig naamwoord
    • krapte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "schaarsheid":


schaars:

schaars bijvoeglijk naamwoord

  1. schaars
    zeldzaam; schaars
  2. schaars
    zeldzaam; uitzonderlijk; raar; zelden; schaars; uniek; ongewoon; ongemeen
  3. schaars
    – waar maar weinig van is 1
    schaars
    – waar maar weinig van is 1
    • schaars bijvoeglijk naamwoord
      • in sommige landen is de benzine schaars1

Verwante woorden van "schaars":


Antoniemen van "schaars":


Verwante definities voor "schaars":

  1. waar maar weinig van is1
    • in sommige landen is de benzine schaars1