Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. versuft:
  2. versuffen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor versuft in het Nederlands

versuft:

versuft bijvoeglijk naamwoord

  1. versuft
    soezerig; suf; geesteloos; mat; dof; versuft; daas
    • soezerig bijvoeglijk naamwoord
    • suf bijvoeglijk naamwoord
    • geesteloos bijvoeglijk naamwoord
    • mat bijvoeglijk naamwoord
    • dof bijvoeglijk naamwoord
    • versuft bijvoeglijk naamwoord
    • daas bijvoeglijk naamwoord
  2. versuft
    slaperig; versuft; lodderig; suffig; dommelig

Verwante woorden van "versuft":

  • versuftheid

versuffen:

versuffen werkwoord (versuf, versuft, versufte, versuften, versuft)

  1. versuffen
    versuffen
    • versuffen werkwoord (versuf, versuft, versufte, versuften, versuft)

Conjugations for versuffen:

o.t.t.
  1. versuf
  2. versuft
  3. versuft
  4. versuffen
  5. versuffen
  6. versuffen
o.v.t.
  1. versufte
  2. versufte
  3. versufte
  4. versuften
  5. versuften
  6. versuften
v.t.t.
  1. heb versuft
  2. hebt versuft
  3. heeft versuft
  4. hebben versuft
  5. hebben versuft
  6. hebben versuft
v.v.t.
  1. had versuft
  2. had versuft
  3. had versuft
  4. hadden versuft
  5. hadden versuft
  6. hadden versuft
o.t.t.t.
  1. zal versuffen
  2. zult versuffen
  3. zal versuffen
  4. zullen versuffen
  5. zullen versuffen
  6. zullen versuffen
o.v.t.t.
  1. zou versuffen
  2. zou versuffen
  3. zou versuffen
  4. zouden versuffen
  5. zouden versuffen
  6. zouden versuffen
diversen
  1. versuf!
  2. versuft!
  3. versuft
  4. versuffend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze