Overzicht


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor voorschriften in het Nederlands

voorschrift:

voorschrift [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het voorschrift
    de wet; het voorschrift; de regel; de regeling; het reglement; de orde
    • wet [de ~] zelfstandig naamwoord
    • voorschrift [het ~] zelfstandig naamwoord
    • regel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • regeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • reglement [het ~] zelfstandig naamwoord
    • orde [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. het voorschrift
    de aanwijzing; het voorschrift; de instructie
  3. het voorschrift
    de richtlijn; het voorschrift; het richtsnoer
  4. het voorschrift
    – bepaling wat wel of niet mag 1
    de regel; het voorschrift
    – bepaling wat wel of niet mag 1
    • regel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • de regel is dat je om tien uur thuis bent1
    • voorschrift [het ~] zelfstandig naamwoord
      • één van de voorschriften is dat je hier niet rookt1

Verwante woorden van "voorschrift":

  • voorschriften

Alternatieve synoniemen voor "voorschrift":


Verwante definities voor "voorschrift":

  1. bepaling wat wel of niet mag1
    • één van de voorschriften is dat je hier niet rookt1