Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. wens:
  2. wensen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor wens in het Nederlands

wens:

wens [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de wens
    de wens; het verlangen
    • wens [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • verlangen [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. de wens
    – wat je wilt dat gebeurt of wat je wilt krijgen 1
    de wens
    – wat je wilt dat gebeurt of wat je wilt krijgen 1
    • wens [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • mijn grote wens is een nieuwe fiets1

Verwante woorden van "wens":


Verwante definities voor "wens":

  1. wat je wilt dat gebeurt of wat je wilt krijgen1
    • mijn grote wens is een nieuwe fiets1

wens vorm van wensen:

wensen werkwoord (wens, wenst, wenste, wensten, gewenst)

  1. wensen
    willen; wensen
    • willen werkwoord (wil, wilt, wil/wilt, wilde, wilden, gewild)
    • wensen werkwoord (wens, wenst, wenste, wensten, gewenst)
  2. wensen
    – laten weten dat je wilt dat dat gebeurt 1
    wensen
    – laten weten dat je wilt dat dat gebeurt 1
    • wensen werkwoord (wens, wenst, wenste, wensten, gewenst)
      • ik wens je veel succes1
  3. wensen
    – willen dat het gebeurt of dat je het krijgt 1
    wensen
    – willen dat het gebeurt of dat je het krijgt 1
    • wensen werkwoord (wens, wenst, wenste, wensten, gewenst)
      • wij wensen u een prettige verjaardag1

Conjugations for wensen:

o.t.t.
  1. wens
  2. wenst
  3. wenst
  4. wensen
  5. wensen
  6. wensen
o.v.t.
  1. wenste
  2. wenste
  3. wenste
  4. wensten
  5. wensten
  6. wensten
v.t.t.
  1. heb gewenst
  2. hebt gewenst
  3. heeft gewenst
  4. hebben gewenst
  5. hebben gewenst
  6. hebben gewenst
v.v.t.
  1. had gewenst
  2. had gewenst
  3. had gewenst
  4. hadden gewenst
  5. hadden gewenst
  6. hadden gewenst
o.t.t.t.
  1. zal wensen
  2. zult wensen
  3. zal wensen
  4. zullen wensen
  5. zullen wensen
  6. zullen wensen
o.v.t.t.
  1. zou wensen
  2. zou wensen
  3. zou wensen
  4. zouden wensen
  5. zouden wensen
  6. zouden wensen
diversen
  1. wens !
  2. wenst !
  3. gewenst
  4. wensend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

wensen [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het wensen
    het wensen; het verlangen; het smachten; de zucht; begeren; de lust
    • wensen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • verlangen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • smachten [het ~] zelfstandig naamwoord
    • zucht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • begeren [znw.] zelfstandig naamwoord
    • lust [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "wensen":


Verwante definities voor "wensen":

  1. laten weten dat je wilt dat dat gebeurt1
    • ik wens je veel succes1
  2. willen dat het gebeurt of dat je het krijgt1
    • wij wensen u een prettige verjaardag1

Verwante synoniemen voor wens