Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor wijsheid in het Nederlands

wijsheid:

wijsheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de wijsheid
    de wijsheid
    • wijsheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "wijsheid":


wijsheid vorm van wijs:

wijs bijvoeglijk naamwoord

  1. wijs
    erudiet; wijs; gestudeerd; ontwikkeld; zeer ontwikkeld; hooggeleerd; geletterd; zeer geleerd; belezen
  2. wijs
    verstandig; wijselijk; wijs; bedachtzaam; raadzaam; weldenkend; zinnig; correct; doordacht; pienter; nadenkend
  3. wijs
    wijs; intelligent; geleerd; slim
  4. wijs
    fantastisch; gaaf; fabelachtig; te gek; waanzinnig; krankzinnig; reuze; wijs

wijs [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de wijs
    de methode; de manier; de handelwijze; de wijze; de procedure; de wijs; de trant
    • methode [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • manier [de ~] zelfstandig naamwoord
    • handelwijze [de ~] zelfstandig naamwoord
    • wijze [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • procedure [de ~] zelfstandig naamwoord
    • wijs [de ~] zelfstandig naamwoord
    • trant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. de wijs
    de wijs; de deun
    • wijs [de ~] zelfstandig naamwoord
    • deun [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. de wijs
    de melodie; de wijs
    • melodie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • wijs [de ~] zelfstandig naamwoord

wijs [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de wijs
    – bepaalde vorm van het werkwoord 1
    de wijs
    – bepaalde vorm van het werkwoord 1
    • wijs [de ~] zelfstandig naamwoord
      • 'stop' is gebiedende wijs1
  2. de wijs
    – melodie, liedje 1
    de wijs
    – melodie, liedje 1
    • wijs [de ~] zelfstandig naamwoord
      • hij fluit een vrolijk wijsje1
  3. de wijs
    – verstandig, wie veel weet 1
    de wijs
    – verstandig, wie veel weet 1
    • wijs [de ~] zelfstandig naamwoord
      • mijn oma is een wijze vrouw1

Verwante woorden van "wijs":


Antoniemen van "wijs":


Verwante definities voor "wijs":

  1. bepaalde vorm van het werkwoord1
    • 'stop' is gebiedende wijs1
  2. melodie, liedje1
    • hij fluit een vrolijk wijsje1
  3. verstandig, wie veel weet1
    • mijn oma is een wijze vrouw1