Nederlandse synoniemen van afhankelijkheid, ander woord voor afhankelijkheid

Overzicht

Nederlands Synoniemen: Meer gegevens...

afhankelijkheid:
- afhankelijkheid; verslaving; gewenning; verslaafdheid; knechtschap
afhankelijk:
- afhankelijk; onzelfstandig; onderschikkend; horig

Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor afhankelijkheid in het Nederlands

de afhankelijkheid
de afhankelijkheid; de verslaving; de gewenning; de verslaafdheid
- afhankelijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verslaving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- gewenning [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verslaafdheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
de afhankelijkheid
de afhankelijkheid; het knechtschap
- afhankelijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- knechtschap [het ~] zelfstandig naamwoord
de afhankelijkheid
de afhankelijkheid
- afhankelijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

afhankelijk
afhankelijk; onzelfstandig
- afhankelijk bijvoeglijk naamwoord
- onzelfstandig bijvoeglijk naamwoord
afhankelijk
onderschikkend; afhankelijk
- onderschikkend bijvoeglijk naamwoord
- afhankelijk bijvoeglijk naamwoord
afhankelijk
horig; afhankelijk
- horig bijvoeglijk naamwoord
- afhankelijk bijvoeglijk naamwoord
afhankelijk

– erdoor beslist of bepaald worden ¹
afhankelijk
– erdoor beslist of bepaald worden ¹
- afhankelijk bijvoeglijk naamwoord
  - of we buiten sporten is afhankelijk van het weer¹
afhankelijk

– steun van iemand nodig hebben ¹
afhankelijk
– steun van iemand nodig hebben ¹
- afhankelijk bijvoeglijk naamwoord
  - een kind is afhankelijk van zijn ouders¹

erdoor beslist of bepaald worden¹
- of we buiten sporten is afhankelijk van het weer¹
steun van iemand nodig hebben¹
- een kind is afhankelijk van zijn ouders¹