Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. contant:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor contant in het Nederlands

contant:

contant bijvoeglijk naamwoord

  1. contant
    contant; cash; baar
    • contant bijvoeglijk naamwoord
    • cash bijvoeglijk naamwoord
    • baar bijvoeglijk naamwoord
  2. contant
    – meteen bij aankoop 1
    contant; de cash
    – meteen bij aankoop 1
    • contant bijvoeglijk naamwoord
      • je moet hier contant betalen1
    • cash [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • je moet cash betalen1

Verwante woorden van "contant":

  • contante

Alternatieve synoniemen voor "contant":


Verwante definities voor "contant":

  1. meteen bij aankoop1
    • je moet hier contant betalen1

Verwante synoniemen voor contant