Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. dichtvallen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor dichtvallen in het Nederlands

dichtvallen:

dichtvallen werkwoord (valt dicht, viel dicht, dichtgevallen)

  1. dichtvallen
    zich sluiten; dichtgaan; toevallen; dichtvallen
    • zich sluiten werkwoord
    • dichtgaan werkwoord (ga dicht, gaat dicht, ging dicht, gingen dicht, dichtgegaan)
    • toevallen werkwoord (val toe, valt toe, viel toe, vielen toe, toegevallen)
    • dichtvallen werkwoord (valt dicht, viel dicht, dichtgevallen)

Conjugations for dichtvallen:

o.t.t.
  1. valt dicht
  2. vallen dicht
o.v.t.
  1. viel dicht
  2. vielen dicht
v.t.t.
  1. is dichtgevallen
  2. zijn dichtgevallen
v.v.t.
  1. was dichtgevallen
  2. waren dichtgevallen
o.t.t.t.
  1. zal dichtvallen
  2. zullen dichtvallen
o.v.t.t.
  1. zou dichtvallen
  2. zouden dichtvallen
diversen
  1. dichtgevallen
  2. dichtvallend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze