Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. genot:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor genot in het Nederlands

genot:

genot [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het genot
    het genot; de geneugte
    • genot [het ~] zelfstandig naamwoord
    • geneugte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    genieten
    – er plezier aan beleven 1
    • genieten [znw.] zelfstandig naamwoord
      • we hebben erg genoten van die muziek1
  2. het genot
    de lust; het genot; de drift; het genoegen; de wellust
    • lust [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • genot [het ~] zelfstandig naamwoord
    • drift [de ~] zelfstandig naamwoord
    • genoegen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • wellust [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. het genot
    het plezier; het genoegen; de pret; het genot; de lust; de leut; de jool
    • plezier [het ~] zelfstandig naamwoord
    • genoegen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • pret [de ~] zelfstandig naamwoord
    • genot [het ~] zelfstandig naamwoord
    • lust [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • leut [de ~] zelfstandig naamwoord
    • jool [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. het genot
    – het ergens plezier aan beleven 1
    het genot
    – het ergens plezier aan beleven 1
    • genot [het ~] zelfstandig naamwoord
      • onder het genot van een kopje koffie ...1

Antoniemen van "genot":


Verwante definities voor "genot":

  1. het ergens plezier aan beleven1
    • onder het genot van een kopje koffie ...1

Verwante synoniemen voor genot