Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. gewaad:
  2. waden:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor gewaad in het Nederlands

gewaad:

gewaad [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het gewaad
    de kleren; het gewaad; de tenue
    • kleren [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • gewaad [het ~] zelfstandig naamwoord
    • tenue [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. het gewaad
    de jurk; het gewaad; de robe
    • jurk [de ~] zelfstandig naamwoord
    • gewaad [het ~] zelfstandig naamwoord
    • robe [de ~] zelfstandig naamwoord

gewaad vorm van waden:

waden werkwoord (waad, waadt, waadde, waadden, gewaad)

  1. waden
    waden
    • waden werkwoord (waad, waadt, waadde, waadden, gewaad)

Conjugations for waden:

o.t.t.
  1. waad
  2. waadt
  3. waadt
  4. waden
  5. waden
  6. waden
o.v.t.
  1. waadde
  2. waadde
  3. waadde
  4. waadden
  5. waadden
  6. waadden
v.t.t.
  1. heb gewaad
  2. hebt gewaad
  3. heeft gewaad
  4. hebben gewaad
  5. hebben gewaad
  6. hebben gewaad
v.v.t.
  1. had gewaad
  2. had gewaad
  3. had gewaad
  4. hadden gewaad
  5. hadden gewaad
  6. hadden gewaad
o.t.t.t.
  1. zal waden
  2. zult waden
  3. zal waden
  4. zullen waden
  5. zullen waden
  6. zullen waden
o.v.t.t.
  1. zou waden
  2. zou waden
  3. zou waden
  4. zouden waden
  5. zouden waden
  6. zouden waden
diversen
  1. waad!
  2. waadt!
  3. gewaad
  4. wadend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante woorden van "waden":


Verwante synoniemen voor gewaad