Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. passer:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor passer in het Nederlands

passer:

passer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de passer
    de passer
    • passer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "passer":