Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. scheut:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor scheut in het Nederlands

scheut:

scheut [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de scheut
    de spruit; de scheut; de stekje; de loot
    • spruit [de ~] zelfstandig naamwoord
    • scheut [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • stekje [de ~] zelfstandig naamwoord
    • loot [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. de scheut
    de spruit; de scheut; het plantestekje; jonge plant; de schoot; de stek
    • spruit [de ~] zelfstandig naamwoord
    • scheut [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • plantestekje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • jonge plant [znw.] zelfstandig naamwoord
    • schoot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • stek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "scheut":