Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor surrogaat in het Nederlands

surrogaat:

surrogaat [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het surrogaat
    het surrogaat; vervangend middel; de remplaçant
  2. het surrogaat
    de vervanging; de substitutie; de verwisseling; de omwisseling; de herstelling; het surrogaat; de verruiling

Verwante woorden van "surrogaat":

  • surrogaten