Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. tang:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor tang in het Nederlands

tang:

tang [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de tang
    de tang; de klem
    • tang [de ~] zelfstandig naamwoord
    • klem [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. de tang
    de tang
    • tang [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. de tang
    – gereedschap van twee scharnierende delen waarmee je iets kunt pakken 1
    de tang
    – gereedschap van twee scharnierende delen waarmee je iets kunt pakken 1
    • tang [de ~] zelfstandig naamwoord
      • met een tang trok ik de spijker uit het hout1

Verwante woorden van "tang":

  • tangen

Verwante definities voor "tang":

  1. gereedschap van twee scharnierende delen waarmee je iets kunt pakken1
    • met een tang trok ik de spijker uit het hout1

Verwante synoniemen voor tang