Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor type in het Nederlands

type:

type [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het type
    de soort; het type; het genre; de slag
    • soort [de ~] zelfstandig naamwoord
    • type [het ~] zelfstandig naamwoord
    • genre [het ~] zelfstandig naamwoord
    • slag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. het type
    de verschijning; het uiterlijk; het voorkomen; de gedaante; het type; de buitenkant; de vorm; het vertoon; het aanzien; het aangezicht; het gelaat
    • verschijning [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • uiterlijk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • voorkomen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gedaante [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • type [het ~] zelfstandig naamwoord
    • buitenkant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vorm [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vertoon [het ~] zelfstandig naamwoord
    • aanzien [het ~] zelfstandig naamwoord
    • aangezicht [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gelaat [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. het type
    de figuur; het type; het individu
    • figuur [de ~] zelfstandig naamwoord
    • type [het ~] zelfstandig naamwoord
    • individu [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. het type
    – persoon met bepaalde kenmerken 1
    het type; de vogel; de figuur
    – persoon met bepaalde kenmerken 1
    • type [het ~] zelfstandig naamwoord
      • een gezellig type is dat!1
    • vogel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • wat een rare vogel is die Jaap toch!1
    • figuur [de ~] zelfstandig naamwoord
      • de figuur die in het boek optreedt1
  5. het type
    – soort met bepaalde kenmerken 1
    het type
    – soort met bepaalde kenmerken 1
    • type [het ~] zelfstandig naamwoord
      • welk type auto koop je?1

Verwante woorden van "type":

  • types

Alternatieve synoniemen voor "type":


Verwante definities voor "type":

  1. persoon met bepaalde kenmerken1
    • een gezellig type is dat!1
  2. soort met bepaalde kenmerken1
    • welk type auto koop je?1