Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. villen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor villen in het Nederlands

villen:

villen werkwoord (vil, vilt, vilde, vilden, gevild)

  1. villen
    villen; stropen; afhalen; afstropen; uitbenen
    • villen werkwoord (vil, vilt, vilde, vilden, gevild)
    • stropen werkwoord (stroop, stroopt, stroopte, stroopten, gestroopt)
    • afhalen werkwoord (haal af, haalt af, haalde af, haalden af, afgehaald)
    • afstropen werkwoord (stroop af, stroopt af, stroopte af, stroopten af, afgestroopt)
    • uitbenen werkwoord (been uit, beent uit, beende uit, beenden uit, uitgebeend)

Conjugations for villen:

o.t.t.
  1. vil
  2. vilt
  3. vilt
  4. villen
  5. villen
  6. villen
o.v.t.
  1. vilde
  2. vilde
  3. vilde
  4. vilden
  5. vilden
  6. vilden
v.t.t.
  1. heb gevild
  2. hebt gevild
  3. heeft gevild
  4. hebben gevild
  5. hebben gevild
  6. hebben gevild
v.v.t.
  1. had gevild
  2. had gevild
  3. had gevild
  4. hadden gevild
  5. hadden gevild
  6. hadden gevild
o.t.t.t.
  1. zal villen
  2. zult villen
  3. zal villen
  4. zullen villen
  5. zullen villen
  6. zullen villen
o.v.t.t.
  1. zou villen
  2. zou villen
  3. zou villen
  4. zouden villen
  5. zouden villen
  6. zouden villen
diversen
  1. vil!
  2. vilt!
  3. gevild
  4. villend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze