Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor voedsel in het Nederlands

voedsel:

voedsel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de voedsel
    de voeding; de voedsel; de spijziging; de kost
    • voeding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • voedsel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • spijziging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • kost [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    het eten
    – wat je bij de maaltijd tot je neemt 1
    • eten [het ~] zelfstandig naamwoord
      • het eten is koud1
  2. de voedsel
    de voeding; de voedsel; de spijs; de eetwaren; de proviand
    • voeding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • voedsel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • spijs [de ~] zelfstandig naamwoord
    • eetwaren [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • proviand [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    het eten
    – wat je bij de maaltijd tot je neemt 1
    • eten [het ~] zelfstandig naamwoord
      • het eten is koud1
  3. de voedsel
    de voedingsmiddelen; de voedsel
  4. de voedsel
    het onderhoud; onderhoudsgeld; de voedsel; de kost

Verwante synoniemen voor voedsel