Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. boomstammen:
  2. boomstam:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor boomstammen (Nederlands) in het Zweeds

boomstammen:

boomstammen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de boomstammen (stammen)
    trästammar

Vertaal Matrix voor boomstammen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
trästammar boomstammen; stammen

Verwante woorden van "boomstammen":


boomstammen vorm van boomstam:

boomstam [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de boomstam
    trästam

Vertaal Matrix voor boomstam:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
trästam boomstam

Verwante woorden van "boomstam":


Wiktionary: boomstam


Cross Translation:
FromToVia
boomstam trädstam; timmerstock; stam Baumstamm — die Verbindung eines Baumes zwischen die Wurzel und Baumkrone
boomstam stam; trädstam tree trunk — the main structural member of a tree