Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. das:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor das (Nederlands) in het Zweeds

das:

das [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de das

das [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de das (halsdoek; sjaal; shawl)
    sjal; hukle; scarf
    • sjal [-en] zelfstandig naamwoord
    • hukle zelfstandig naamwoord
    • scarf [-en] zelfstandig naamwoord
  2. de das (stropdas)
    knuten slips

Vertaal Matrix voor das:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hukle das; halsdoek; shawl; sjaal
knuten slips das; stropdas
scarf das; halsdoek; shawl; sjaal bandana; halsdoek
sjal das; halsdoek; shawl; sjaal bandana; haardoek; halsdoek; hoofddoek; omslagdoek; shawl; sjaal
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
grävling das

Verwante woorden van "das":


Wiktionary: das


Cross Translation:
FromToVia
das grävling badger — mammal
das slips necktie — strip of cloth worn around the neck and tied in the front
das halsduk scarf — long garment worn around the neck
das grävling Dachs — ein Säugetier mit grauem Fell und markanter weiß-schwarzer Fellzeichnung am Kopf, das in den europäischen Wald anzutreffen ist; der Europäischer Dachs
das grävling blaireau — Mammifère
das schal châlevêtement féminin consistant en un carré de tissu qu'on mettre sur son dos et ses épaules pour se tenir au chaud.