Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. dorps:
  2. dorp:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor dorps (Nederlands) in het Zweeds

dorps:

dorps bijvoeglijk naamwoord

  1. dorps
    okonstlat; okonstlad; grovhuggen; grovhugget; lantligt; rustikt

Vertaal Matrix voor dorps:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grovhuggen dorps
grovhugget dorps
lantligt dorps landelijk; plattelands; rustiek
okonstlad dorps natuurlijk; ongedwongen; ongekunsteld; onknap
okonstlat dorps natuurlijk; ongedwongen; ongekunsteld; onknap
rustikt dorps landelijk; rustiek

Verwante woorden van "dorps":


dorps vorm van dorp:

dorp [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het dorp (buurtschap)
    by; liten stad; liten ort

Vertaal Matrix voor dorp:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
by buurtschap; dorp valwind
liten ort buurtschap; dorp
liten stad buurtschap; dorp

Verwante woorden van "dorp":


Wiktionary: dorp

dorp
noun
  1. een kleine, permanente nederzetting
    • dorpby

Cross Translation:
FromToVia
dorp by village — a rural habitation of size between a hamlet and a town
dorp by; köping; ort localitélieu habité.
dorp by village — Groupe d’habitations rurales