Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ober:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ober (Nederlands) in het Zweeds

ober:

ober [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de ober (tafelbediende; kelner)
    servitör

Vertaal Matrix voor ober:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
servitör kelner; ober; tafelbediende

Verwante woorden van "ober":


Synoniemen voor "ober":


Verwante definities voor "ober":

  1. wie in een café klanten helpt1
    • ober, mag ik nog een koffie?1

Wiktionary: ober

ober
noun
  1. een bediende in een restaurant of café

Cross Translation:
FromToVia
ober kypare; servitör; servitris waiter — a server in a restaurant or similar