Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. onbedeesd:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onbedeesd (Nederlands) in het Zweeds

onbedeesd:

onbedeesd bijvoeglijk naamwoord

  1. onbedeesd (onbeschroomd; vrijpostig; vrijmoedig; stoutmoedig; niet beschroomd)
    rakt; rak; ärligt; frimodig; frimodigt

Vertaal Matrix voor onbedeesd:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
frimodig niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig cru; koen; kranig; manmoedig; onbeducht; onbevreesd; onomwonden; onverbloemd; onverholen; onverschrokken; onvervaard; openlijk; rechttoe rechtaan; stoutmoedig; vermetel; volmondig
frimodigt niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig cru; koen; kranig; manmoedig; onbeducht; onbevreesd; onomwonden; onverbloemd; onverholen; onverschrokken; onvervaard; openlijk; rechttoe rechtaan; stoutmoedig; vermetel; volmondig
rak niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig frontaal; gulweg; klassikaal; onbewimpeld; onomwonden; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; ronduit; vrij; vrijelijk; vrijuit
rakt niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig directe; frontaal; gulweg; klassikaal; onbewimpeld; onomwonden; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; rechtdoorzee; ronduit; vrij; vrijelijk; vrijuit
ärligt niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig braaf; deugdzaam; eerlijk; eerzaam; ernstig; fair; fideel; frank; gemeend; lief; onbewimpeld; ongeveinsd; onomwonden; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; rechtdoorzee; rechtschapen; rechttoe; rondborstig; ronduit; serieus; trouwhartig; voorbeeldig; vrij; vrijelijk; vrijuit; werkelijk menend; zedig; zoet