Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. rouwig:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor rouwig (Nederlands) in het Zweeds

rouwig:

rouwig bijvoeglijk naamwoord

  1. rouwig (treurig; verdrietig)
    sorgefull; klagande; sorgset; sorgefullt

Vertaal Matrix voor rouwig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
klagande beklag; gebrom; gekanker; geklaag; gemekker; gemopper; jammerklacht; klacht indienen; smekeling; weeklacht
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
klagande rouwig; treurig; verdrietig beklagend; brommerig; jammerend; jeremiërend; klaaglijk; klagelijk; klagend; lamenterend; mopperig; negatief; weeklagend; zeurderig
sorgefull rouwig; treurig; verdrietig
sorgefullt rouwig; treurig; verdrietig
sorgset rouwig; treurig; verdrietig droefgeestig; indroevig; melancholisch; melancholische

Verwante woorden van "rouwig":

  • rouwige