Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. uitwijken:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor uitwijken (Nederlands) in het Zweeds

uitwijken:

uitwijken werkwoord

  1. uitwijken (toevluchten; schuilen; wegkruipen)
    ge tillflykt; gömma; skydda
    • ge tillflykt werkwoord (ger tillflykt, gav tillflykt, givit tillflykt)
    • gömma werkwoord (gömmer, gömmde, gömmt)
    • skydda werkwoord (skyddar, skyddade, skyddat)
  2. uitwijken (uit de weg gaan)
    ge väg
    • ge väg werkwoord (ger väg, gav väg, givit väg)
  3. uitwijken (uit een land wijken)
    fly från ett land; gå i exil
    • fly från ett land werkwoord (flyr från ett land, flydde från ett land, flytt från ett land)
    • gå i exil werkwoord (går i exil, gick i exil, gått i exil)
  4. uitwijken (opzij gaan; zwenken)
    gå åt sidan
    • gå åt sidan werkwoord (går åt sidan, gick åt sidan, gått åt sidan)
  5. uitwijken (wegvluchten; vluchten; ontvluchten; ontsnappen; ontkomen)
    fly; fly undan
    • fly werkwoord (flyr, flydde, flytt)
    • fly undan werkwoord (flyr undan, flydde undan, flytt undan)

Vertaal Matrix voor uitwijken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fly ontkomen; ontsnappen; ontvluchten; uitwijken; vluchten; wegvluchten de plaat poetsen; ervandoor gaan; hardlopen; hem smeren; ontglippen; ontkomen; ontsnappen aan; ontvlieden; ontvluchten; rennen; vlieden; vluchten; wegkomen; weglopen; wegrennen; wegvluchten; zich uit de voeten maken; zich vrijmaken
fly från ett land uit een land wijken; uitwijken
fly undan ontkomen; ontsnappen; ontvluchten; uitwijken; vluchten; wegvluchten
ge tillflykt schuilen; toevluchten; uitwijken; wegkruipen
ge väg uit de weg gaan; uitwijken
gå i exil uit een land wijken; uitwijken
gå åt sidan opzij gaan; uitwijken; zwenken opzijgaan
gömma schuilen; toevluchten; uitwijken; wegkruipen achterhouden; bemantelen; bescherming zoeken; ontveinzen; verbergen; verduisteren; verheimelijken; verhullen; verschuilen; versluieren; verstoppen; wegstoppen
skydda schuilen; toevluchten; uitwijken; wegkruipen afdekken; afschermen; afschutten; behoeden; behouden; beschermen; bescherming bieden; beschutten; beveiligen; in bescherming nemen; verdedigen
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
gömma bewaarplaats

Wiktionary: uitwijken


Cross Translation:
FromToVia
uitwijken emigrera emigrieren — (intransitiv) sein Heimatland auf Dauer verlassen, um sich in einem anderen Land niederlassen, mit dem Ziel,

Verwante vertalingen van uitwijken