Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. vergasten:
  2. vergassen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vergasten (Nederlands) in het Zweeds

vergasten:

vergasten werkwoord (vergast, vergastte, vergastten, vergast)

  1. vergasten (onthalen; ontvangen; binnenhalen)
    välkomna; underhålla
    • välkomna werkwoord (välkomnar, välkomnade, välkomnat)
    • underhålla werkwoord (underhåller, underhöll, underhållit)

Conjugations for vergasten:

o.t.t.
  1. vergast
  2. vergast
  3. vergast
  4. vergasten
  5. vergasten
  6. vergasten
o.v.t.
  1. vergastte
  2. vergastte
  3. vergastte
  4. vergastten
  5. vergastten
  6. vergastten
v.t.t.
  1. heb vergast
  2. hebt vergast
  3. heeft vergast
  4. hebben vergast
  5. hebben vergast
  6. hebben vergast
v.v.t.
  1. had vergast
  2. had vergast
  3. had vergast
  4. hadden vergast
  5. hadden vergast
  6. hadden vergast
o.t.t.t.
  1. zal vergasten
  2. zult vergasten
  3. zal vergasten
  4. zullen vergasten
  5. zullen vergasten
  6. zullen vergasten
o.v.t.t.
  1. zou vergasten
  2. zou vergasten
  3. zou vergasten
  4. zouden vergasten
  5. zouden vergasten
  6. zouden vergasten
diversen
  1. vergast!
  2. vergast!
  3. vergast
  4. vergastend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor vergasten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
underhålla binnenhalen; onthalen; ontvangen; vergasten conserveren; feestelijk onthalen; financieel steunen; fuiven; fêteren; instandhouden; onderhouden; verlustigen
välkomna binnenhalen; onthalen; ontvangen; vergasten begroeten; gedag zeggen; groeten

vergassen:

vergassen werkwoord (vergas, vergast, vergaste, vergasten, vergast)

  1. vergassen
    förgasa
    • förgasa werkwoord (förgasar, förgasade, förgasat)

Conjugations for vergassen:

o.t.t.
  1. vergas
  2. vergast
  3. vergast
  4. vergassen
  5. vergassen
  6. vergassen
o.v.t.
  1. vergaste
  2. vergaste
  3. vergaste
  4. vergasten
  5. vergasten
  6. vergasten
v.t.t.
  1. heb vergast
  2. hebt vergast
  3. heeft vergast
  4. hebben vergast
  5. hebben vergast
  6. hebben vergast
v.v.t.
  1. had vergast
  2. had vergast
  3. had vergast
  4. hadden vergast
  5. hadden vergast
  6. hadden vergast
o.t.t.t.
  1. zal vergassen
  2. zult vergassen
  3. zal vergassen
  4. zullen vergassen
  5. zullen vergassen
  6. zullen vergassen
o.v.t.t.
  1. zou vergassen
  2. zou vergassen
  3. zou vergassen
  4. zouden vergassen
  5. zouden vergassen
  6. zouden vergassen
diversen
  1. vergas!
  2. vergast!
  3. vergast
  4. vergassend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor vergassen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förgasa vergassing
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förgasa vergassen

Verwante vertalingen van vergasten