Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. weerstand:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor weerstand (Nederlands) in het Zweeds

weerstand:

weerstand [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de weerstand (incasseringsvermogen; veerkracht; weerstandsvermogen)
    spänst; elasticitet
  2. de weerstand (rebellie; tegenstand; verzet; opstand)
    motståndsrörelse; uppror; revolt; resning
  3. de weerstand (tegendruk; tegengewicht; tegenwicht)
    mottryck

Vertaal Matrix voor weerstand:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
elasticitet incasseringsvermogen; veerkracht; weerstand; weerstandsvermogen elasticiteit; rek; spankracht; veerkracht
motståndsrörelse opstand; rebellie; tegenstand; verzet; weerstand verzetsgroep; verzetsorganisatie
mottryck tegendruk; tegengewicht; tegenwicht; weerstand
resning opstand; rebellie; tegenstand; verzet; weerstand frame; geraamte; raamwerk; skelet
revolt opstand; rebellie; tegenstand; verzet; weerstand oploop
spänst incasseringsvermogen; veerkracht; weerstand; weerstandsvermogen
uppror opstand; rebellie; tegenstand; verzet; weerstand oploop; oproeren; rellen

Verwante woorden van "weerstand":


Wiktionary: weerstand


Cross Translation:
FromToVia
weerstand motstånd; resistans WiderstandPhysik: Verhältnis des Potentialunterschieds zum Strom; Kehrwert der Leitfähigkeit
weerstand motstånd; resistor WiderstandTechnik: Bauelement zur Realisierung eines Widerstandes [2]
weerstand motstånd resistance — act of resisting
weerstand resistor; motstånd resistor — an electric component that transmits current in direct proportion to the voltage across it