Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. zullen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zullen (Nederlands) in het Zweeds

zullen:

zullen werkwoord (zal, zult, zou, zouden)

  1. zullen
    skalla
    • skalla werkwoord (skallar, skallade, skallat)

Conjugations for zullen:

o.t.t.
  1. zal
  2. zult
  3. zal
  4. zullen
  5. zullen
  6. zullen
o.v.t.
  1. zou
  2. zou
  3. zou
  4. zouden
  5. zouden
  6. zouden
o.t.t.t.
  1. zal zullen
  2. zult zullen
  3. zal zullen
  4. zullen zullen
  5. zullen zullen
  6. zullen zullen
o.v.t.t.
  1. zou zullen
  2. zou zullen
  3. zou zullen
  4. zouden zullen
  5. zouden zullen
  6. zouden zullen
diversen
  1. zal!
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor zullen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skalla zullen schellen
- dienen; moeten

Synoniemen voor "zullen":


Antoniemen van "zullen":


Verwante definities voor "zullen":

  1. verplicht zijn1
    • je zult je bord leegeten!1
  2. geeft aan dat het geen werkelijkheid is1
    • als ik rijk zou zijn ...1
  3. geeft aan dat het in de toekomst gaat gebeuren1
    • ik zal het je uitleggen1
  4. geeft een verzoek aan1
    • zou ik uw pen mogen lenen?1
  5. geeft mogelijkheid of waarschijnlijkheid aan1
    • hij zal wel op tijd zijn1

Wiktionary: zullen


Cross Translation:
FromToVia
zullen skola shall — indicating the simple future tense
zullen komma till att; komma att; skola; vilja; tänka will — indicating future action
zullen skall; ska; skola; bör sollenim Konjunktiv II: Vermutung, Annahme
zullen skall; ska; skola; bör sollenim Konjunktiv II Präteritum: persönliche Empfehlung