Overzicht
Zweeds naar Frans:   Meer gegevens...
  1. insats:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor insats (Zweeds) in het Frans

insats:

insats [-en] zelfstandig naamwoord

  1. insats (entré; inträde; ankomst)
    l'entrée; l'arrivée; la venue; l'entrées
    • entrée [la ~] zelfstandig naamwoord
    • arrivée [la ~] zelfstandig naamwoord
    • venue [la ~] zelfstandig naamwoord
    • entrées [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor insats:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arrivée ankomst; entré; insats; inträde ankommande; ankomst; ingång; inträde; intåg; slutreplik; uppkörning
entrée ankomst; entré; insats; inträde ankomst; aula; betydelse; dörr; förrätt; förstuga; gå ombord; hall; import; importvara; införsel; ingång; inkommande; inmatning; inträde; intåg; mellanrum; mening; mottagningsrum; post; riddarsal; sal; tekningsrum; tröskel; veranda; vikt
entrées ankomst; entré; insats; inträde dörrtrappsteg; inträde; yttertrappa
venue ankomst; entré; insats; inträde ankomst

Synoniemen voor "insats":


Wiktionary: insats


Cross Translation:
FromToVia
insats effort effort — the amount of work involved in achieving something
insats effort inspanning — de fysieke moeite die men voor iets doet