Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. byxor:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor byxor (Zweeds) in het Nederlands

byxor:

byxor zelfstandig naamwoord

  1. byxor
    de broek
    – kledingstuk met twee pijpen dat om je benen en je billen zit 1
    • broek [de ~] zelfstandig naamwoord
      • ze draagt een broek als het koud is1
    de lange broek; de pantalon
  2. byxor (benkläder)
    de broeken; de pantalons
    • broeken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • pantalons [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor byxor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
broek byxor
broeken benkläder; byxor
lange broek byxor
pantalon byxor
pantalons benkläder; byxor

Synoniemen voor "byxor":


Wiktionary: byxor

byxor
noun
  1. een kledingstuk met twee afzonderlijke pijpen voor beide benen

Cross Translation:
FromToVia
byxor broek; lange broek; pantalon pantalon — vête|fr long culotte qui descendre jusque sur le cou-de-pied.

Verwante vertalingen van byxor