Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. kåthet:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor kåthet (Zweeds) in het Nederlands

kåthet:

kåthet [-en] zelfstandig naamwoord

  1. kåthet
    de geilheid; de opgewondenheid; de hitsigheid; de zin; de lust
    • geilheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • opgewondenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • hitsigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • zin [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • lust [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kåthet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geilheid kåthet
hitsigheid kåthet
lust kåthet aptit; begär; glädje; hunger; kravande; lust; längtan; nöje; passion; sexlust; upptåg; önska
opgewondenheid kåthet sexuell upphetsning
zin kåthet aptit; fascination; fras; ha lust att äta en bit; humör; hunger; mening; sinne; uttryck; vilja; värde; värderingar

Synoniemen voor "kåthet":