Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. knackning:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor knackning (Zweeds) in het Nederlands

knackning:

knackning [-en] zelfstandig naamwoord

  1. knackning
    het geklop
    • geklop [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. knackning (slag)
    de klap; toegebrachte klap; de tik; de lel; de klop; de mep
    • klap [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • toegebrachte klap [znw.] zelfstandig naamwoord
    • tik [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • lel [de ~] zelfstandig naamwoord
    • klop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • mep [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor knackning:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geklop knackning
klap knackning; slag duns; klapp; knuff; krocka; pladder; prat; puff; sammanstöta; skvaller; slag; slag med öppen hand; smäll; snack; stöt; örfil
klop knackning; slag
lel knackning; slag duns; klapp; knuff; slag; stöt; sädes löv; örfil
mep knackning; slag duns; klapp; knuff; slag; stöt; örfil
tik knackning; slag klapp; slag; örfil
toegebrachte klap knackning; slag klapp; slag; örfil

Wiktionary: knackning


Cross Translation:
FromToVia
knackning kloppen; aankloppen knock — abrupt rapping sound

Verwante vertalingen van knackning