Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. mellanmål:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor mellanmål (Zweeds) in het Nederlands

mellanmål:

mellanmål zelfstandig naamwoord

  1. mellanmål
    de hapjes
    • hapjes [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  2. mellanmål
    het tussendoortje; de versnapering; de zoetigheid; het lekkers
  3. mellanmål
    het tussendoortje; de snack; het hapje
    • tussendoortje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • snack [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • hapje [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mellanmål:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hapje mellanmål tilltugg
hapjes mellanmål
lekkers mellanmål godis; godsaker; sötsaker
snack mellanmål
tussendoortje mellanmål snabbis; tilltugg
versnapering mellanmål delikatess; förfriskning; läckerbit; smakbit; tilltugg
zoetigheid mellanmål godis; godsaker; sötsaker

Synoniemen voor "mellanmål":


Wiktionary: mellanmål


Cross Translation:
FromToVia
mellanmål tussendoortje snack — a light meal
mellanmål tussendoortje snack — an item of food eaten between meals