Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. runda:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor runda (Zweeds) in het Nederlands

runda:

runda bijvoeglijk naamwoord

  1. runda (rundat)
    bol; bolstaand
  2. runda (rundat)
    verloop

runda [-en] zelfstandig naamwoord

  1. runda
    de ronden
    • ronden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  2. runda (spel; skämt; bransch)
    het spelletje; de beurt; het rondje
    • spelletje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • beurt [de ~] zelfstandig naamwoord
    • rondje [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor runda:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beurt bransch; runda; skämt; spel
bol boll; glob; jorden; klot; mänskligt huvud; nystan; sfär
ronden runda
rondje bransch; runda; skämt; spel cirkel; gå på en runda; liten ring; ring; rund; rundel
spelletje bransch; runda; skämt; spel
verloop framsteg
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bol runda; rundat klotformig; klotformigt; klotrunt; rund; runt; sfärisk; sfäriskt
bolstaand runda; rundat utvidgad; utvidgat
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
verloop runda; rundat

Synoniemen voor "runda":


Wiktionary: runda


Cross Translation:
FromToVia
runda ronde round — outburst
runda afronden; rondmaken arrondir — Traductions à trier suivant le sens

Verwante vertalingen van runda