Zweeds

Uitgebreide vertaling voor tydlig (Zweeds) in het Nederlands

tydlig:

tydlig bijvoeglijk naamwoord

  1. tydlig (uppenbart)
    overduidelijk; onmiskenbaar; klaarblijkelijk
  2. tydlig (klar; förståeligt; klart; tydligt)
    duidelijk; verstaanbaar

Vertaal Matrix voor tydlig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
duidelijk förståeligt; klar; klart; tydlig; tydligt avbördad; avbördat; avlastat; gripbart; klar; klargjord; klargjort; klarnat; klart; konkret; ljus; ljust; lättad; lättat; ofelbart; otvekbart; otvetydig; otvetydigt; tydligt; uppenbar; uppenbart
klaarblijkelijk tydlig; uppenbart
onmiskenbaar tydlig; uppenbart distinkt; obestridligt; ofelbart; oförneklig; oförnekligt; otvekbart; otvetydig; otvetydigt; uppenbar; uppenbart; utpräglad; uttalad
overduidelijk tydlig; uppenbart avbördad; avbördat; avlastat; klar; klart; lättad; lättat; uppenbar; uppenbart
verstaanbaar förståeligt; klar; klart; tydlig; tydligt

Synoniemen voor "tydlig":


Wiktionary: tydlig


Cross Translation:
FromToVia
tydlig overduidelijk; voor de hand liggend obvious — easily discovered or understood; self-explanatory
tydlig duidelijk deutlich — wahrnehmbar durch die Sinne
tydlig klaar; hel; helder; licht; lichtend; duidelijk; uitgesproken; zuiver clair — Qui a l’éclat du jour, de la lumière.
tydlig doorzichtig; transparant; duidelijk; helder; klaar; uitgesproken; zuiver limpide — Qui est clair, transparent.