Duitse synoniemen van Ordnung, ander woord voor Ordnung

Remove Ads

Overzicht

Duits Synoniemen: Meer gegevens...

Duits

Uitgebreide synoniemen voor Ordnung in het Duits

Ordnung:

Ordnung [die ~] zelfstandig naamwoord

die Ordnung
die Ordnung; System
- Ordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- System [das ~] zelfstandig naamwoord
die Ordnung
die Ordnung; die Regelmäßigkeit; die Gleichmäßigkeit; die Symmetrie
- Ordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Regelmäßigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Gleichmäßigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Symmetrie [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ordnung
die Vorschrift; Gesetz; Reglement; die Regelung; die Richtlinie; die Ordnung; die Verordnung; Gebot; die Verfügung; die Satzung; Statut; die Bestimmung; die Anordnung; die Dienstordnung
- Vorschrift [die ~] zelfstandig naamwoord
- Gesetz [das ~] zelfstandig naamwoord
- Reglement [das ~] zelfstandig naamwoord
- Regelung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Richtlinie [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Verordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Gebot [das ~] zelfstandig naamwoord
- Verfügung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Satzung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Statut [das ~] zelfstandig naamwoord
- Bestimmung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Anordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Dienstordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ordnung
die Ordnung; die Disziplin; die Zucht; die Anordnung; der Vorschrift; die Fügung; die Verordnung; die Regel; die Bestimmung; die Unterwerfung; die Verfügung
- Ordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Disziplin [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zucht [die ~] zelfstandig naamwoord
- Anordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Vorschrift [der ~] zelfstandig naamwoord
- Fügung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Verordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Regel [die ~] zelfstandig naamwoord
- Bestimmung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Unterwerfung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Verfügung [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ordnung
System; die Struktur; die Zusammensetzung; der Aufbau; die Konstruktion; die Aufstellung; die Gestaltung; die Ordnung; die Anordnung; die Einteilung; die Rangordnung; der Bau; die Aufeinanderfolge
- System [das ~] zelfstandig naamwoord
- Struktur [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zusammensetzung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Aufbau [der ~] zelfstandig naamwoord
- Konstruktion [die ~] zelfstandig naamwoord
- Aufstellung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Gestaltung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Anordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Einteilung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Rangordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Bau [der ~] zelfstandig naamwoord
- Aufeinanderfolge [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ordnung
die Einteilung; die Aufstellung; Arrangement; der Aufbau; die Einrichtung; die Ordnung; die Anordnung; die Eingliederung; die Einreihung
- Einteilung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Aufstellung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Arrangement [das ~] zelfstandig naamwoord
- Aufbau [der ~] zelfstandig naamwoord
- Einrichtung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Anordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Eingliederung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Einreihung [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ordnung
die offizielle Verordnung; die Ordnung; die Dienstordnung
- offizielle Verordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Dienstordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ordnung
die Regelung; die Anordnung; die Ordnung; die Fügung
- Regelung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Anordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Fügung [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ordnung
die Regulierung; die Regelung; die Ordnung; die Spielregel; die Anordnung; die Fügung
- Regulierung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Regelung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Spielregel [die ~] zelfstandig naamwoord
- Anordnung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Fügung [die ~] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "Ordnung":

Anordnung; Regelmäßigkeit; Abhängigkeit; Beziehung; Bezug; Relation; Verbindung; Verhältnis; Verknüpfung; Wechselbeziehung; Zusammenhang
Ordnungsprinzip; Systematik
Bewertung; Priorisierung

Verwante synoniemen voor Ordnung

Remove Ads

Synoniemen voor "Ordnung" in het Duits

Uitgebreide synoniemen voor Ordnung in het Duits

Ordnung:

Ordnung [die ~] zelfstandig naamwoord

die Ordnung

die Ordnung

die Ordnung

die Ordnung

die Ordnung

die Ordnung

die Ordnung

die Ordnung

die Ordnung

Alternatieve synoniemen voor "Ordnung":

Verwante synoniemen voor Ordnung