Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Aussteller:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Aussteller (Duits) in het Engels

Aussteller:

Aussteller [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Aussteller
    the exhibitioners; the exhibitors

Aussteller [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Aussteller (Ausstellerin)
    the exhibitor
  2. der Aussteller (Spaziergänger; Schlepper; Drücker)
    the hikers; the strollers
    • hikers [the ~] zelfstandig naamwoord
    • strollers [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Aussteller (Spenders)
    the administers

Vertaal Matrix voor Aussteller:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
administers Aussteller; Spenders
exhibitioners Aussteller
exhibitor Aussteller; Ausstellerin Einsender
exhibitors Aussteller
hikers Aussteller; Drücker; Schlepper; Spaziergänger
strollers Aussteller; Drücker; Schlepper; Spaziergänger Schlendrer

Synoniemen voor "Aussteller":

  • Trassant

Wiktionary: Aussteller

Aussteller
noun
  1. one who writes a bank draft, check/cheque or promissory note

Cross Translation:
FromToVia
Aussteller shooter tireur — Celui, celle qui tire, aux divers sens du mot.

Computer vertaling door derden: