Duits

Uitgebreide vertaling voor Luke (Duits) in het Engels

Luke:

Luke [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Luke
    the shutter
    • shutter [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Luke:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
shutter Luke Fensterladen; Jalousie; Rolladen; Schließer

Synoniemen voor "Luke":


Wiktionary: Luke

Luke
noun
  1. eine klappbare Tür; eine verschließbare Öffnung
Luke
noun
  1. horizontal door
  2. a small hatch or opening in a boat



Engels

Uitgebreide vertaling voor Luke (Engels) in het Duits

luke:


Synoniemen voor "luke":

  • Luke; Saint Luke; St. Luke; Apostle; Apostelic Father; Evangelist; saint
  • Gospel of Luke; Gospel According to Luke; Gospel; Gospels; evangel; book

Luke:


Vertaal Matrix voor Luke:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- Gospel According to Luke; Gospel of Luke; Saint Luke; St. Luke

Verwante definities voor "Luke":

  1. one of the four Gospels in the New Testament; contains details of Jesus's birth and early life1
  2. (New Testament) the Apostle closely associated with St. Paul and traditionally assumed to be the author of the third Gospel1