Duits
Uitgebreide vertaling voor zwanglos (Duits) in het Engels
zwanglos:
-
zwanglos (freiwillig; spontan; ungekünstelt; frei; uneigennützig; ungezwungen; natürlich)
voluntarily-
voluntarily bijwoord
-
-
zwanglos (mühelos; ungezwungen; einfach; gemächlich; harmlos; gewöhnlich; licht; glatt; einfältig; gefügig; simpel; ungekünstelt; imHandumdrehen; leicht; sanft; schlicht; gelinde; anspruchslos; kindisch; formlos)
effortless; freely; easy; free-
effortless bijvoeglijk naamwoord
-
freely bijwoord
-
easy bijvoeglijk naamwoord
-
free bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor zwanglos:
Synoniemen voor "zwanglos":
Wiktionary: zwanglos
zwanglos
adjective
-
Ohne Zwang
- zwanglos → unconstrained
Computer vertaling door derden: