Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Aneinanderreihung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Aneinanderreihung (Duits) in het Engels

Aneinanderreihung:

Aneinanderreihung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Aneinanderreihung
    the sequence; the concentration; the chain; the coming together; the series
  2. die Aneinanderreihung (Reihe; Serie; Kette; )
    the series; the sequence; the concatenation; the chain; the string; the succession
  3. die Aneinanderreihung (Reihe; Serie)
    the series; the sequence; the string; the chain; the succession
    • series [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sequence [the ~] zelfstandig naamwoord
    • string [the ~] zelfstandig naamwoord
    • chain [the ~] zelfstandig naamwoord
    • succession [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. die Aneinanderreihung (Addition)
    the sum; the addition sum; the footing
    • sum [the ~] zelfstandig naamwoord
    • addition sum [the ~] zelfstandig naamwoord
    • footing [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. die Aneinanderreihung (Reihenfolge; Serie; Reihe; )
    the series; the string; the sequence; the chain
    • series [the ~] zelfstandig naamwoord
    • string [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sequence [the ~] zelfstandig naamwoord
    • chain [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Aneinanderreihung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
addition sum Addition; Aneinanderreihung
chain Abfolge; Aneinanderreihung; Erkettung; Folge; Kette; Reihe; Reihenfolge; Serie; Verkettung Fessel; Folge; Geschäftskette; Halsschnur; Handelskette; Handschellen; Kabel; Kabeltau; Kette; Ladenkette; Reihe; Schiffskabel; Sequenz; Serie; Tau; Trosse; Verkettung; Zyklus
coming together Aneinanderreihung
concatenation Abfolge; Aneinanderreihung; Erkettung; Folge; Kette; Reihe; Reihenfolge; Serie; Verkettung Verkettung
concentration Aneinanderreihung Dichte; Konzentration
footing Addition; Aneinanderreihung
sequence Abfolge; Aneinanderreihung; Erkettung; Folge; Kette; Reihe; Reihenfolge; Serie; Verkettung Aufeinanderfolge; Erbfolge; Folge; Nachfolge; Reihe; Reihenfolge; Satz; Sequenz; Serie; Sukzession; Zyklus
series Abfolge; Aneinanderreihung; Erkettung; Folge; Kette; Reihe; Reihenfolge; Serie; Verkettung Aneinanderreihungen; Folge; Reihe; Reihen; Serie; Serien; Sätze; Zyklus
string Abfolge; Aneinanderreihung; Erkettung; Folge; Kette; Reihe; Reihenfolge; Serie; Verkettung Bindfaden; Bindfäden; Faden; Garn; Reihe; Saite; Zeichenfolge
succession Abfolge; Aneinanderreihung; Erkettung; Folge; Kette; Reihe; Reihenfolge; Serie; Verkettung Aufeinanderfolge; Erbfolge; Folge; Nachfolge; Reihe; Reihenfolge; Sukzession
sum Addition; Aneinanderreihung Addieren; Addierung; Addition; Aufzählung; Betrag; Ergebnis; Rechenaufgabe; Summe; Zusammenzählung; Zählung
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chain aneinanderreihen; anketten; fesseln; ketten; verketten
string anreihen; aufreien; einschnüren; schnüren; zuschnüren

Wiktionary: Aneinanderreihung


Cross Translation:
FromToVia
Aneinanderreihung linking; order; run; sequence; series; succession enchainementaction d’enchainer.

Computer vertaling door derden: