Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Duft:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Duft (Duits) in het Engels

Duft:

Duft [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Duft (Geruchssinn; Nase; Geruch; Geruchsnerv; Gerüche)
    the nose
    • nose [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Duft (Strauß; Busch)
    the bouquet; the bunch of flowers
  3. der Duft (Nebelichkeit; Nebel; Hauch; )
    the haze; the mist
    • haze [the ~] zelfstandig naamwoord
    • mist [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Duft:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bouquet Busch; Duft; Strauß Aroma; Atem; Blume; Blumenstrauß; Blumenstück; Blümchen; Bukett; Geruch; Geschmack; Strauß
bunch of flowers Busch; Duft; Strauß Blume; Blumenstrauß; Blumenstück; Blümchen; Bukett; Strauß
haze Anflug; Duft; Dunst; Hauch; Nebel; Nebelichkeit; Schleier Dampf; Dunst; Nebel; Qualm; Schleier
mist Anflug; Duft; Dunst; Hauch; Nebel; Nebelichkeit; Schleier Dampf; Dunst; Nebel; Qualm; Schleier
nose Duft; Geruch; Geruchsnerv; Geruchssinn; Gerüche; Nase Gespür; Schnabel; Schnauze; Tülle
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nose herumschnüffeln; spionieren

Synoniemen voor "Duft":


Wiktionary: Duft

Duft
noun
  1. allgemein: ein angenehmer Geruch der sich verbreitet oder ausgebracht wird
Duft
noun
  1. pleasant smell or odour
  2. a pleasant smell
  3. pleasant smell
  4. distinctive odour or smell

Cross Translation:
FromToVia
Duft aroma; flavour arômeprincipe odorant des fleurs et en général des substances végétales.