Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Zoek: Anwesen

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: Anwesen

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Anwesen:
- Wiktionary:
  Anwesen → estate, property
- Synoniemen voor "Anwesen":
  Herrenhaus; Landhaus; Landsitz; Villa; Bau; Bauwerk; Gebäude; Gemäuer
  Grundstück

Duits

Uitgebreide vertaling voor Anwesen (Duits) in het Engels

Spelling Suggesties voor: Anwesen

Anwehen; Anweisen; anwehen; anwesend; anweisen; Ansehen; Abweisen; Anregen; Anheben; Anlegen

Anwesen:

Synoniemen voor "Anwesen":

Herrenhaus; Landhaus; Landsitz; Villa; Bau; Bauwerk; Gebäude; Gemäuer
Grundstück

Wiktionary: Anwesen

Anwesen

noun

gehoben: Gesamtheit eines zusammenhängenden Immobilienbesitzes, als Wohnsitz genutzt
- Anwesen → estate; property

Anwesen

noun

piece of real estate
- property → Anwesen; Grundbesitz; Grundstück

Computer vertaling door derden: