Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. hölzern:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor hölzern (Duits) in het Engels

hölzern:

hölzern bijvoeglijk naamwoord

  1. hölzern
    wooden; timber; timbre
    • wooden bijvoeglijk naamwoord
    • timber bijvoeglijk naamwoord, Amerikaans
    • timbre bijvoeglijk naamwoord, Brits
  2. hölzern (stramm; steif; schwerfällig; )
    rigid; stiff; wooden
    • rigid bijvoeglijk naamwoord
    • stiff bijvoeglijk naamwoord
    • wooden bijvoeglijk naamwoord
  3. hölzern (holzartig; holzig)
    wood-like; timber; wooden; timbre
    • wood-like bijvoeglijk naamwoord
    • timber bijvoeglijk naamwoord, Amerikaans
    • wooden bijvoeglijk naamwoord
    • timbre bijvoeglijk naamwoord, Brits
  4. hölzern (stelzbeinig)
    rigid; stiff
    • rigid bijvoeglijk naamwoord
    • stiff bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor hölzern:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
timber Bauholz; Färbung; Gehölz; Holz; Holzware; Holzwerk; Hölzer; Klang; Klangfarbe; Laut; Nutzholz; Timbre; Ton
timbre Bauholz; Färbung; Gehölz; Holz; Holzware; Holzwerk; Hölzer; Klang; Klangfarbe; Laut; Nutzholz; Timbre; Ton
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rigid hauteng; hölzern; prall; rauh; schneidig; schwerfällig; standhaft; starr; starrköpfig; steif; stelzbeinig; stier; straff; stramm; streng; unbeugsam; unerschütterlich; unverwandt barsch; brüsk; dickköpfig; eigenbrötlerisch; eigensinnig; eigenwillig; erstarrt; griesgrämig; knurrig; sauertöpfisch; schlechtgelaunt; starr; starrköpfig; starrsinnig; steif; störrisch; trotzig; unbeugsam; versteift; widerborstig; widerspenstig; widerwillig
wooden hauteng; holzartig; holzig; hölzern; prall; rauh; schneidig; schwerfällig; standhaft; starr; starrköpfig; steif; stelzbeinig; stier; straff; stramm; streng; unbeugsam; unerschütterlich; unverwandt abgespannt; bäuerisch; dünn; eckig; entspannt; flau; flegelhaft; gebrechlich; grob; grobschlächtig; hilflos; hinfällig; kantig; kraftlos; krankhaft; kränklich; lahm; lasch; lustlos; lästig; mißlich; schlacksig; schlaff; schlapp; schwerfällig; schwächlich; stelzbeinig; stümperhaft; taktlos; tapprig; tapsig; täppisch; tölpelhaft; umbequem; unbehaglich; unbeholfen; ungehobelt; ungelenk; ungeschickt; ungeschlacht; unhandlich; weich; welk; wässerig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stiff hauteng; hölzern; prall; rauh; schneidig; schwerfällig; standhaft; starr; starrköpfig; steif; stelzbeinig; stier; straff; stramm; streng; unbeugsam; unerschütterlich; unverwandt abgespannt; beharrlich; beständig; bäuerisch; dauerhaft; dünn; eckig; eine heftige Debatte; eisern; entspannt; erstarrt; fest; flau; flegelhaft; gebrechlich; gezalzenes; grob; grobschlächtig; handfest; heftige; hilflos; hinfällig; kantig; kraftlos; krankhaft; kränklich; lahm; lasch; lustlos; lästig; mißlich; nicht einfach; schlacksig; schlaff; schlapp; schlechtgelaunt ohne Grund; schwerfällig; schwächlich; sicher; standhaft; starr; starrköpfig; steif; stelzbeinig; straff; streng; stümperhaft; taktlos; tapprig; tapsig; täppisch; tölpelhaft; umbequem; unbehaglich; unbeholfen; unbeugsam; unerschütterlich; ungehobelt; ungelenk; ungeschickt; ungeschlacht; unhandlich; weich; welk; wässerig
timber holzartig; holzig; hölzern
timbre holzartig; holzig; hölzern
wood-like holzartig; holzig; hölzern

Synoniemen voor "hölzern":


Wiktionary: hölzern

hölzern
adjective
  1. übertragen: steif, wie aus Holz
  2. aus Holz bestehend, aus Holz gefertigt
hölzern
adjective
  1. made of wood
  2. figuratively

Computer vertaling door derden: