Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Planung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Planung (Duits) in het Engels

Planung:

Planung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Planung
    the scheme; the plan; the objective; the intention; the idea
    • scheme [the ~] zelfstandig naamwoord
    • plan [the ~] zelfstandig naamwoord
    • objective [the ~] zelfstandig naamwoord
    • intention [the ~] zelfstandig naamwoord
    • idea [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Planung (Prognose)
    the forecast
    – A prediction of future events, such as income, sales, or weather. 1
    • forecast [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Planung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
forecast Planung; Prognose Prophezeihung; Vorhersage
idea Planung Absicht; Anschauung; Anschauungsweise; Ansicht; Ansichtsweise; Auffassung; Begriff; Begriffsvermögen; Bewußtsein; Blickpunkt; Denkweise; Eindruck; Eindrücke; Einfall; Einfälle; Eingebung; Einsicht; Endzweck; Entscheidung; Erkennen; Erkenntnis; Erkennung; Fassungsvermögen; Gedanke; Gedächtnis; Gesichtspunkt; Gesinnung; Glaube; Idee; Intellekt; Intention; Meinung; Meinungsäußerung; Sicht; Standpunkt; Urteil; Vernunft; Verstand; Vorsatz; Vorstellung; Wertung; Ziel; Zweck; Überzeugung
intention Planung Absicht; Augenmerk; Bedeutung; Endzweck; Entschluß; Inhalt; Intention; Plan; Sinn; Vorhaben; Vorsatz; Ziel; Zielsetzung; Zweck
objective Planung Absicht; Augenmerk; Bestimmung; Endziel; Endzweck; Plan; Reisebestimmung; Ziel; Zielsetzung; Zweck
plan Planung Abriß; Aufriß; Auszug; Extrakt; Grundriß; Karte; Lageplan; Lageskizze; Plan; Projekt; Skizze; Strassenkarte; Umrißzeichnung
scheme Planung Absicht; Farbschema; Plan; Schema; System; Ziel; Zielsetzung; Zweck
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
forecast aufzählen; prophezeien; voraussagen; vorbuchstabieren; vorher sagen; vorhersagen; wahrsagen; weissagen
plan auffassen; aufnehmen; ausdenken; ausklügeln; auslegen; austüfteln; betrachten; deuten; einen Plan entwerfen; interpretieren; nachdenken; nachsinnen über; planen; sich ausdenken; sinnen
scheme intrigieren
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
objective dienstlich; dürr; geschäftlich; kalt; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch

Synoniemen voor "Planung":


Wiktionary: Planung

Planung
noun
  1. durchdachter Vorgang der zu einer Zeichnung oder Beschreibung eines Vorhaben, im Ergebnis (dem Plan), führt.
Planung
noun
  1. act of formulating of a course of action
  2. act of making contingency plans

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Planung