Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Ausschuss:
  2. Ausschuß:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Ausschuß (Duits) in het Engels

Ausschuss:

Ausschuss

  1. Ausschuss
    the scrap
    – Waste that occurs during the manufacturing process. 1
    • scrap [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Ausschuss:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
scrap Ausschuss Abfallstoff; Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Papierschnipsel; Schnipsel; Schrottabfal; Schund; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
scrap ausfallen lassen; aussetzen; balgen; bekämpfen; bestreiten; schlagen; sich duellieren; sich keilen; sich raufen; streiten; verschrotten

Synoniemen voor "Ausschuss":


Wiktionary: Ausschuss

Ausschuss
noun
  1. die Stellen, an der ein Geschoss einen Körper, den es durchdrang, wieder verlassen hat
  2. nur Singular: produzierte Ware, die nicht dem Qualitätsstandard entspricht und daher aus der Produktion entnommen wird
  3. Teil einer größeren Gruppe, der sich mit speziellen Themen beschäftigt, oft um Beschluss der größeren Gruppe vorzubereiten

Ausschuß:

Ausschuß [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Ausschuß (Komitee; Gremium)
    the committee
  2. der Ausschuß (Gesindel; Schund; Lumpengesindel; Mob; Pöbel)
    the scum; the riff-raff; the vermin; the ragtag; the rabble
    • scum [the ~] zelfstandig naamwoord
    • riff-raff [the ~] zelfstandig naamwoord
    • vermin [the ~] zelfstandig naamwoord
    • ragtag [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rabble [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Ausschuß (Abschaum; Schund; Auswurf)
    the scum; the scrap; the trash; the dregs; the dross; the refuse; the vermin; the offal; the riff-raff
    • scum [the ~] zelfstandig naamwoord
    • scrap [the ~] zelfstandig naamwoord
    • trash [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dregs [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dross [the ~] zelfstandig naamwoord
    • refuse [the ~] zelfstandig naamwoord
    • vermin [the ~] zelfstandig naamwoord
    • offal [the ~] zelfstandig naamwoord
    • riff-raff [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Ausschuß:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
committee Ausschuß; Gremium; Komitee Betriebsführung; Direktion; Geschäftsführung; Klubvorstand; Vereinigungsvorstand; Vereinsvorstand
dregs Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Schund Ablagerung; Bodensatz; Bodensätze; Hefe; Niederschlag; Rest; Restbestand; Schlacke; Schlamm; Sätze; Überbleibsel
dross Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Schund
offal Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Schund Innereien
rabble Ausschuß; Gesindel; Lumpengesindel; Mob; Pöbel; Schund Angelgerät; Brut; Canaille; Gelichter; Geschirr; Gesindel; Gezücht; Kanaille; Lumpengesindel; Pack; Plebs; Pöbel; Sippschaft; Zucht
ragtag Ausschuß; Gesindel; Lumpengesindel; Mob; Pöbel; Schund Angelgerät; Brut; Canaille; Gelichter; Geschirr; Gesindel; Gezücht; Kanaille; Lumpengesindel; Pack; Plebs; Pöbel; Sippschaft
refuse Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Schund Abfall; Bruch; Schutt; Trümmer
riff-raff Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Gesindel; Lumpengesindel; Mob; Pöbel; Schund Angelgerät; Gelichter; Geschirr; Gesindel; Gezücht; Lumpengesindel; Plebs; Pöbel; Sippschaft
scrap Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Schund Abfallstoff; Ausschuss; Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Papierschnipsel; Schnipsel; Schrottabfal; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug
scum Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Gesindel; Lumpengesindel; Mob; Pöbel; Schund Angelgerät; Brut; Canaille; Gelichter; Geschirr; Gesindel; Gezücht; Kanaille; Lumpengesindel; Pack; Plebs; Pöbel; Sippschaft; Zucht
trash Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Schund Abfall; Kitsch; Kram; Krempel; Krimskrams; Müll; Rommel; Schnickschnack; Schund; Schweinerei; Zeug; wertlose Zeuge; wertloses Zeug
vermin Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Gesindel; Lumpengesindel; Mob; Pöbel; Schund Gesindel; Ratten und Mäuse; Ungeziefer
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
refuse ablehnen; abschlagen; abstoßen; abweisen; ausschlagen; verwerfen; zurückweisen
scrap ausfallen lassen; aussetzen; balgen; bekämpfen; bestreiten; schlagen; sich duellieren; sich keilen; sich raufen; streiten; verschrotten
trash durchprügeln; verprügeln; zusammenschlagen

Wiktionary: Ausschuß

Ausschuß
noun
  1. group of persons convened for the accomplishment of some specific purpose

Verwante vertalingen van Ausschuß