Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Zoek: Personal

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: Personal

Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Personal:
  2. Wiktionary:
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. personal:
  2. Personal:
  3. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Personal (Duits) in het Engels

Personal:

Personal [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Personal (Arbeitskraft; Angestellten)
    the personnel; the employees; the work force; the crew
  2. Personal (Arbeitskraft; Angestellten)
    the manpower; the force
    • manpower [the ~] zelfstandig naamwoord
    • force [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. Personal (Angestellten; Bedienung)
    the employees; the personnel; the staff; the servants; the manpower
    • employees [the ~] zelfstandig naamwoord
    • personnel [the ~] zelfstandig naamwoord
    • staff [the ~] zelfstandig naamwoord
    • servants [the ~] zelfstandig naamwoord
    • manpower [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. Personal (Arbeitskräfte; Angestellten)
    the manpower
    • manpower [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. Personal
    the staff
    • staff [the ~] zelfstandig naamwoord
  6. Personal
    the workforce
    – Users, facilities, and equipment that have configured a workschedule and are available for service activities. 1

Vertaal Matrix voor Personal:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
crew Angestellten; Arbeitskraft; Personal Armee; Bemannung; Heer; Mannschaft; Schiffersvolk; Schiffs- und Flugpersonal; Truppe
employees Angestellten; Arbeitskraft; Bedienung; Personal Angestellten; Bewirtschaftung; Lenkung; Steuerung; Steuervorrichtung
force Angestellten; Arbeitskraft; Personal Antrieb; Antriebskraft; Arbeitskraft; Armee; Aufdrängen; Gewalt; Heer; Heeresmacht; Kraft; Kriegsmacht; Landmacht; Landtruppen; Macht; Militär; Motor; Streitmacht; Stärke; Triebkraft
manpower Angestellten; Arbeitskraft; Arbeitskräfte; Bedienung; Personal Angestellten; Betriebsangehörige; Bewirtschaftung; Lenkung; Mitarbeiter; Mitarbeiterin; Steuerung; Steuervorrichtung
personnel Angestellten; Arbeitskraft; Bedienung; Personal Angestellten; Bewirtschaftung; Lenkung; Steuerung; Steuervorrichtung
servants Angestellten; Bedienung; Personal Angestellten; Bewirtschaftung; Diener; Dienerinnen; Dienstbotinnen; Dienstmädchen; Haushaltshilfe; Haushaltspersonal; Hilfe im Haushalt; Lenkung; Mägde; Steuerung; Steuervorrichtung; Untertanen
staff Angestellten; Bedienung; Personal Angestellten; Bewirtschaftung; Kader; Lenkung; Steuerung; Steuervorrichtung; führendes Personal
work force Angestellten; Arbeitskraft; Personal Arbeitsfähigkeit; Arbeitskraft; Geschäftigkeit; Leistungsfähigkeit; Produktivität; Tatkraft; Tätigkeit; Vermögen
workforce Personal Arbeitspotential
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
crew bemannen
force andringen; beauftragen; befehlen; dringen; durchführen; durchsetzen; erzwingen; forcieren; gebieten; genötigt sein zu; kommandieren; nötigen; pressen; zwingen; zwängen
staff bemannen

Synoniemen voor "Personal":


Wiktionary: Personal

Personal
noun
  1. Dienstleister in einem Haushalt oder im Gaststättengewerbe
  2. Belegschaft eines Geschäfts/einer Firma
Personal
noun
  1. employees, office staff
  2. employees of a business
Cross Translation:
FromToVia
• Personal → personnel ↔ personnel — Ensemble des personnes attachées à un service public, ...

Personal...:


Synoniemen voor "Personal...":


Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Personal



Engels

Uitgebreide vertaling voor Personal (Engels) in het Duits

personal:

personal bijvoeglijk naamwoord

  1. personal (subjective; paradigmatic)
    persönlich; personenabhängig; subjectiv; relativ gesehen
  2. personal (private; separate)
    privat; geschlossen; persönlich
  3. personal (individual)
    persönlich

Vertaal Matrix voor personal:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geschlossen personal; private; separate closed; concerted; concordant; connected; dense; locked; nested; oneness; sealed; shut; solidary; tightly closed; unanimous; united
privat personal; private; separate Private; private; privately-owned
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
personenabhängig paradigmatic; personal; subjective
persönlich individual; paradigmatic; personal; private; separate; subjective myself; personally; with one's own hands
relativ gesehen paradigmatic; personal; subjective
subjectiv paradigmatic; personal; subjective

Verwante woorden van "personal":


Synoniemen voor "personal":


Antoniemen van "personal":


Verwante definities voor "personal":

  1. particular to a given individual2
  2. concerning or affecting a particular person or his or her private life and personality2
    • a personal favor2
    • for your personal use2
    • personal papers2
    • I have something personal to tell you2
    • a personal God2
    • he has his personal bank account and she has hers2
  3. intimately concerning a person's body or physical being2
    • personal hygiene2
  4. indicating grammatical person2
    • personal verb endings2
  5. of or arising from personality2
    • personal magnetism2
  6. a short newspaper article about a particular person or group2

Wiktionary: personal

personal
adjective
  1. of or pertaining to a particular person
personal
adjective
  1. meist attributiv: von einer Person (direkt) stammend
Cross Translation:
FromToVia
• personal → intim; gemütlich; innig; vertraulich; vertraut ↔ intime — profondément intérieur, en parlant surtout de ce qui fait l’essence réelle d’une chose.
• personal → persönlich ↔ personnel — Qui est propre et particulier à chaque personne.

Personal:

Personal bijvoeglijk naamwoord

  1. Personal (Friends and Family)
    – A privacy relationship setting that allows the most amount of information to be viewed. 1
    Privat; Freunde und Familie

Vertaal Matrix voor Personal:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Privat Friends and Family; Personal
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Freunde und Familie Friends and Family; Personal
Privat Home

Verwante definities voor "Personal":

  1. A privacy relationship setting that allows the most amount of information to be viewed.1

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Personal







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.1913 seconde
Page rendered in 1.0 seconds