Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Pfeil:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Pfeil (Duits) in het Engels

Pfeil:

Pfeil [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Pfeil
    the arrow; the dart
    • arrow [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dart [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Pfeil (Strahl)
    the streak; the bolt; the flash
    • streak [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bolt [the ~] zelfstandig naamwoord
    • flash [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Pfeil:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arrow Pfeil
bolt Pfeil; Strahl Blitz; Bolz; Mutterbolzen; Riegel; Schlag; Schloß; Schlucker; Schraubenmutter; Stiftschraube; Strahl
dart Pfeil
flash Pfeil; Strahl Blitz; Blitzlampe; Blitzlicht; Flimmern; Funkeln; Glitzern; Glänzen; Hitzewallung; Lichtsignal; Lichtstrahl; Lichtzeichen; Röte; Schimmer; Strahl
streak Pfeil; Strahl Blitz; Blitzlicht; Charaktereigenschaft; Charakterzug; Eigenart; Eigenschaft; Einschnitt; Federstrich; Kratzer; Schlag; Schlucker; Schnörkel; Strahl; Strich; Zug
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bolt durchgehen; veuteln
dart erbeuten; ernähren; füttern; speisen; verpflegen
flash aufleuchten; blitzen

Wiktionary: Pfeil

Pfeil
noun
  1. figürlich: abstraktes Bild von [1] (bestehend aus Linie und Spitze), das auf etwas oder in eine Richtung zeigt
  2. Geschoss bestehend aus Rohr und Spitze, das mit einem Bogen abgeschossen wird
Pfeil
noun
  1. projectile
  2. symbol
proper noun
  1. constellation

Cross Translation:
FromToVia
Pfeil arrow pijl — projectiel
Pfeil arrow flèche — Projectile qu’on lance avec un arc ou une arbalète

Computer vertaling door derden: